woensdag 20 januari 2010

Minder pretentie, meer ambitie: ontwikkelingshulp die verschil maakt.

 
Onder deze titel presenteerde de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) afgelopen maandag, 18 januari, het rapport over ontwikkelingssamenwerking aan minister Bert Koenders voor Ontwikkelingssamenwerking. Het is een vervolg op de verkenning die de WRR vorig jaar uitbracht.
 
De titel is meteen veelzeggend: niet bang om hulp hulp te noemen en pretenties aan de kaak te stellen. Het is een rijk rapport gebaseerd op een omstandige literatuurstudie en 500 gesprekken. Het is makkelijk leesbaar, maar de opstellers hebben het zich beslist niet makkelijk gemaakt.
 
De reactie van de minister was, zeker na de ramp die minister-president Balkenende zelf veroorzaakte door zijn voorbarige reactie op het Rapport Davids, verrassend. Hij nam te snel afstand van de voornaamste aanbevelingen.
 
Maar het rapport is een uitstekende basis voor debatten over de toekomst van ontwikkelingssamenwerking. "Het belang van goede ontwikkelingshulp is de laatste jaren alleen maar toegenomen. Naast een morele opdracht is het ook steeds duidelijker een vorm van welbegrepen eigenbelang", beargumenteert de WRR. Maar de Raad spreekt ook van een relativering van de fixatie op de 0,7% van het nationaal inkomen die aan hulp wordt gegeven. Zoals elk genuanceerd verhaal kan het rapport door meer lineair denkende voor- en tegenstanders van hulp ten eigen bate worden geïnterpreteerd. In een tijd van bezuinigingen zou het loslaten van de 0,7% van het BNP gebaseerd kunnen worden op de conclusies van het rapport zonder dat andere aanbevelingen worden opgevolgd. Het is wel te hopen dat genoeg weldenkende mensen in de politiek en de maatschappij daar tegenwicht aan bieden.
 
Hoewel het rapport aanbeveelt om de hulp aan gezondheidszorg en onderwijs te verminderen ten gunste van infrastructuur, landbouw en economische bedrijvigheid, benadrukt het ook het vereiste dat hulp professioneel wordt gegeven en dient vorm te krijgen als een lerend systeem. Dat impliceert investeren in kennis en het verbeteren van kennisinfrastructuren, hier in Nederland en in ontwikkelingslanden.
 
Het rapport is zeker de moeite van het lezen waard, maar als dat te veel wordt kan je je ook beperken tot het lezen van de 'samenvatting' en de conclusies. Daarnaast kan ik de reactie van minister Koenders en de reacties van de dag- en weekbladen, zoals het overzicht van Frans Bieckmann van The Broker aanbevelen.
 
Dr. Jos Walenkamp
De Haagse Hogeschool
Lector Internationale Samenwerking
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

U kunt hier reageren op dit bericht. U kunt uw mening geven, of uw waardering uitspreken.